Vanaf 2021 moeten mesttransporten digitaal worden verantwoord. Hiervoor is het digitale vervoerdocument dierlijke mest (hierna: rVDM) ontwikkeld. Het papieren VDM gaf de ondernemers de mogelijkheid een transport tot 30 werkdagen en bij specifieke activiteiten tot 10 werkdagen na het daadwerkelijk plaatsvinden van het transport elektronisch in te dienen bij RVO. Dit belemmerde, volgens de overheid, een effectieve handhaving van de regels die voor mesttransporten zijn opgesteld en maakten het moeilijk om achteraf te controleren of het transport daadwerkelijk op de geregistreerde manier plaatsgevonden had.
In de versterkte handhavingsstrategie is dan ook opgenomen dat een volledig digitaal systeem wordt ontwikkeld waarmee real time meldingen over het vervoer kunnen worden verzonden: het rVDM, De invoering van dit systeem heeft echter ook gevolgen voor leveringen van mest aan partijen zoals bijvoorbeeld particulieren.
Mestafvoeren naar particulieren
Een particulier is een afnemer, die geen bedrijf of onderneming heeft. Bij de afvoer vanaf een landbouwbedrijf en een intermediaire onderneming naar overige grond (zoals gedefinieerd in art 1g, Meststoffenwet) van een particulier, wordt het gebruik van rVDM verplicht. Het vervoer door een geregistreerde intermediair, is niet verplicht als het vervoer naar een particulier hemelsbreed binnen 10 km plaatsvindt en er per afnemer (particulier) maximaal 20 kg fosfaat per jaar aangevoerd wordt.
Als de mest afgevoerd wordt naar een afnemer niet zijnde een landbouwbedrijf of intermediaire onderneming (particulier) dient de afnemer zich te identificeren met een relatienummer. Een particulier die mest wil afnemen en hobbymatig een aantal dieren houdt heeft wellicht al een relatienummer bij RVO dat hij kan gebruiken. Een particulier die nog geen relatienummer heeft dienteen relatienummer aan te vragen bij RVO. Deze particulier hoeft daarmee echter nog niet te voldoen aan de administratieve verplichtingen die gelden voor een landbouwbedrijf of intermediaire onderneming.
Bij het indienen in het systeem van rVDM maakt men door middel van het gebruik van opmerkingscode 31 duidelijk dat het om afvoer naar een daadwerkelijk bestaande particulier gaat. Dit transport kan, onder de opgenomen voorwaarden in deze regeling, via bovengenoemde systematiek verantwoord worden. De voorwaarden voor deze vorm van de afvoer van mest blijven daarmee enerzijds voor een groot deel gelijk aan die geldend voor invoering van deze regeling, maar worden anderzijds wel een stuk stringenter en meer geformaliseerd en vragen om meer registratie.