Het berekenen van de Bedrijfsspecifieke Excretie (BEX) op een melkveebedrijf is op zich al een lastig klusje. Dit is zeker het geval wanneer op een bedrijf dieren worden uitgeschaard naar natuurterrein in eigen gebruik. En helemaal  wanneer het daarbij (ook) gaat om het uitscharen van (droogstaande) melkkoeien. Immers dan heeft het uitscharen niet alleen invloed op het aantal dieren op het bedrijf, maar ook de melkproductie per gemiddeld aanwezig dier. Voor je het weet gaat het mis.

Uitgeschaarde dieren tellen immers niet mee voor de berekening van de gebruiksnormen, maar wel mee voor de berekening van de verwerkingsplicht en de berekening van de verantwoorde groei melkveehouderij. Maar tellen de uitgeschaarde dieren dan wel mee voor de berekening van het BEX-voordeel? Jazeker, dat doen ze. En voor de mestproductie binnen de gebruiksnormen? Neen, daarvoor niet. Verwarring ten top.

Wat dat betekent probeer ik  aan de hand van een voorbeeldberekening  te verduidelijken.

 

Een voorbeeld

Hieronder de diergegevens van een voorbeeldbedrijf. Naast de eigen landbouwgrond beschikte het bedrijf een overeenkomst met een natuurorganisatie het gebruik van een ruime oppervlakte natuurlijk grasland. Deze grond wordt op basis van de er op rustende beheersbeperkingen aangemerkt als ‘natuurterrein’. Deze grond telt dus niet mee voor de gebruiksnormen, maar er mogen wel dieren op worden geweid. Voor de gebruiksnormen spreken we dan over ‘uitscharen’.

In ons voorbeeld werden naar deze grond  een aantal droge koeien en jongvee ouder dan een jaar uitgeschaard. De uitgeschaarde dieren tellen niet dus mee voor de berekening of wordt voldaan aan de gebruiksnormen. Die vindt immers alleen plaats over landbouwgrond waar gebruiksnormen aan kunnen worden ontleend. De gemiddelde dieraantallen zijn weergegeven in onderstaande Tabel.

 

gemiddeld aanwezig gedurende het jaar
diercategorie totaal op bedrijf uitgeschaard op eigen grond aanwezig voor gebruiksnormen
melkkoeien 281,5 16,3 265,2
jongvee < 1 jaar 87,8 87,8
jongvee > jaar 77 12,2 64,8

 

 BEX productie

Voor de berekening van het BEX-voordeel dienen alle dieren en al het voer te worden meegenomen. Dus inclusief de naar het natuurterrein in eigen gebruik uitgeschaarde dieren en het voer dat de dieren bij dat uitscharen hebben opgenomen. Daarnaast dienen uiteraard alle kuilen en al het aangevoerde voer te worden opgenomen in de berekening. Het is belangrijk om in de berekening aan te geven hoeveel de ‘uitgeschaarde’ dieren hebben geweid op de natuurgrond. Dit kan bijvoorbeeld door aan te geven hoeveel weidedagen de dieren in het totaal hebben geweid en in hoeverre dit op het natuurterrein heeft plaatsgevonden. In dit voorbeeld vond de volledige beweiding plaats op het natuurterrein. Op het productiegrasland vond geen beweiding plaats.

Het aantal weidedagen op het natuurterrein bedroeg 5.865 weidedagen voor de melkkoeien en 4.620 voor het jongvee ouder dan 1 jaar. Reken je die dagen terug naar gemiddelde dieraantallen per jaar dan sluit dit aan bij het aantal gemiddeld uitgeschaarde dieren in bovenstaande Tabel.

De opname aan gras tijdens het ‘uitscharen’wordt meegenomen in de BEX berekening. Zo zien we dat bij een bedrijf zonder beweiding op het productiegrasland maar met uitscharen naar een natuurterrein in eigen beheer toch opname van weidegras wordt ingerekend in het rantsoen dat dient als basis voor de BEX berekening (zie onderstaande Tabel).

 

gewicht aandeel gemiddeld gehalte per kg ds
voedermiddel (kg ds)* (%) VEM re N P
krachtvoer 515472 21 1061 287 45,8 6,1
overig ruwvoer 298556 12 1044 107 17,1 2,6
snijmais 864889 35 1008 77 12,3 2,0
graskuil/hooi 676423 27 897 181 28,9 3,7
vers gras** 140539 6 860 189 30,2 4,00
TOTAAL 2495880 100 985 159 25,4 3,5

*De hoeveelheden snijmais graskuil/hooi en vers gras zijn berekend.
** Het VEM gehalte is een vast waarde uit de handreiking BEX

 

Op basis van dit rantsoen kan – volgens de gangbare systematiek – de BEX berekening worden opgesteld via de methode van de handreiking BEX. Het bedrijf in het voorbeeld haalt daarbij een voordeel van 5,53 % voor stikstof en 20,57 % voor fosfaat. De totale BEX productie ten behoeve van de gebruiksnormen bedraagt: 38.555 kg stikstof en 11.571 kg fosfaat. Dit is dus de productie exclusief de dieren die zijn uitgeschaard en met BEX-voordeel dat wordt berekend over alle dieren en al het voer (dus inclusief het weidegras bij het uitscharen). Dit is voor fosfaat uitgewerkt in onderstaand voorbeeld:

 

diercategorie aantal dieren forfaitaire norm per dier totaal
(kg fosfaat) (kg fosfaat)
melkkoeien 265,2 46,4 12305
jongvee < 1 jaar 87,8 9,6 843
jongvee > jaar 64,8 21,9 1419
TOTAAL 14567
-/- BEX-voordeel (20,57%) 2996
BEX-productie gebruiksnormen 11571

Ook de fosfaatruimte van de natuurgrond telt niet mee in de berekening. De berekening van de stikstof en fosfaatproductie van de dieren die zijn gehouden op de landbouwgrond wordt berekend op basis van het aantal dieren dat is gehouden (per categorie) verminderd met het gerealiseerde BEX voordeel.

 

Verwerkingsplicht en Verantwoorde groei

De productie van de uitgeschaarde dieren en de fosfaatruimte van de natuurgrond tellen wel mee in de berekening van de verwerkingsplicht en de verantwoorde groei melkveehouderij. Dit betekent dat voor de fosfaatproductie dient te worden uitgegaan van hogere dieraantallen, maar hetzelfde BEX-voordeel: zie onderstaande Tabel.

 

diercategorie aantal dieren forfaitaire norm per dier totaal
(kg fosfaat) (kg fosfaat)
melkkoeien 281,5 46,4 13062
jongvee < 1 jaar 87,8 9,6 843
jongvee > jaar 77 21,9 1686
totaal 15591
-/- BEX-voordeel (20,57%) 3207
BEX-productie voor  verwerkingsplicht en verantwoorde groei 12384

 

Samengevat

Er zijn dus twee BEX-producties die beiden uitgaan van één BEX-voordeel ten opzichte van de forfaitaire norm. Dit BEX-voordeel wordt berekend over alle dieren op het bedrijf, dus inclusief de uitgeschaarde dieren. Voor de gebruiksnormen berekening dient vervolgens uit te worden gegaan van de forfaitaire mestproductie van de dieren die niet zijn uitgeschaard gekoppeld aan het BEX voordeel van alle dieren op het bedrijf.

De mestproductie van de uitgeschaarde dieren telt dus niet mee in de berekening van de BEX productie die geldt voor de gebruiksnormenberekening. De plaatsingsruimte op de natuurgrond telt ook niet mee voor de gebruiksnormen.

Voor de verwerkingsplicht en de verantwoorde groei melkveehouderij wordt gerekend met de forfaitaire mestproductie van alle dieren op het bedrijf wederom gekoppeld aan het BEX voordeel dat is berekend voor  alle dieren op het bedrijf. Daarnaast telt de natuurgrond voor deze wel mee in de fosfaatruimte.